Moppen7
Set 7
Een ober ligt op de operatietafel. Er komt een chirurg langs die hij herkent als een vaste gast uit zijn restaurant. “Oh, dokter, help me alstublieft,” steunt hij.
“Spijt me,” grijnst de chirurg, “dit is helaas mijn tafel niet. Maar mijn collega komt zo!”
Een man gaat naar een tovenaar en vraagt hem of hij een vloek kan wegnemen die meer dan 25 jaar geleden over hem is uitgesproken. De tovenaar antwoordt:
“Misschien, maar dan moet u me in exacte bewoordingen vertellen hoe de vloek luidde.”
De man antwoordt zonder aarzeling:
“Dan verklaar ik u hierbij man en vrouw.”
Jantje zit in de klas en zegt: “Broem, broem, broem.”
De juf zegt: “Als je dat nog een keer doet, dan ga je naar de gang.”
Even later zegt Jantje weer: “Broem, broem, broem.”
De juffrouw zegt: “Nou ga je naar de gang”
Maar Jantje antwoordt: “Dat kan niet juf, mijn benzine is op.”
Jantje zegt: “Ik wou dat ik in de middeleeuwen leefde.”
“Hoezo?”, vraagt de meester.
Antwoordt Jantje: “Dan hoefde ik niet zoveel geschiedenis te leren.”
“Ik heb iets uitgevonden wat veel stroom bespaart,” zegt Goofy.
“Wat dan?” zegt Mickey.
“Een zaklamp die op zonne-energie werkt!”
Een boer komt bij een andere boer op het erf. Hij zegt : “He! Rookt jouw paar?”
“Nou, voor zover ik weet niet.”
“Oh, dan staat je schuur in brand.”
Het is weg, het zal altijd weg zijn en het zal ook altijd weg blijven Rara, wat is dat? De weg.
Moeder zegt tegen haar zoontje: “En Jantje, heb je je handen gewassen voordat we gaan eten?”
Zoontje: “Dat is niet nodig, mama. We eten toch altijd bruin brood.”
Een tv-reparateur vertelt geprikkeld: “Gisteravond werd ik opgebeld door een bejaard echtpaar voor een dringende reparatie. Ik heb wel drie uur lang naar de fout moeten zoeken!”
“En heb je die gevonden?”
“Uiteindelijk wel. Die twee oudjes hadden per ongeluk elkaars bril op.”
Een man ziet op de markt een leuke broek.
“Wat kost die broek?” vraagt hij aan de marktkoopman.
“Vijfentwintig euro, meneer.”
De man geeft honderd euro.
Marktkoopman: “Kunt u niet passen?”
“Nee, die broek is voor mijn broer!”
Een kannibaal zit in het vliegtuig. De stewardess vraagt hem: “Wilt u de menukaart zien?”
Antwoordt de kannibaal: “Nee, bedankt. Geeft u mij maar de passagierslijst.”
De dokter: “En hoeveel sigaretten rookt u per dag?”
De man: “Vijf pakjes per dag dokter, maar alleen na de middag.”
De dokter: “En wat doet u dan ’s ochtends?”
De man: “Hoesten dokter, niks dan hoesten.”
Er lopen twee schapen door de wei.
Zegt de een tegen de ander: “Goh, wat loop jij mank!”
Waarop het andere schaap reageert: “Tja, dat komt zo: ik ben vroeger lam geweest.”
Een dronken man komt net uit het cafe en ziet de weg voor een sloot aan.
Hij denkt: “Even een frisse duik nemen.”
Hij neemt een aanloop en komt met een flinke klap op het wegdek terecht.
Zijn reactie: “Verdraaid! Dichtgevroren!”
“Waarop loop je zo hard? Dat doe je anders nooit.”
“Ik kan niet anders. Ik kom net bij de dokter vandaan en die heeft me van achteren een drukverband gegeven en van voren een trekpleister.”
Jantje is in een cafe met zijn vader.
Vader zegt tegen Jantje: “Zie je die twee lampen daar hangen? Als je er vier ziet ben je zo dronken als een aap.”
Dan zegt Jantje: “Maar pappa, daar hangt maar een lamp!”
Komt er een man bij de apotheek: “Heeft u iets tegen hoesten?”
Zegt de verkoper: “Nee hoor, ga uw gang!”
Vader zit met twee zoons en dochter aan tafel.
Zegt de ene zoon: “Pa, ik ben homofiel.”
Waarop zijn andere zoon antwoordt: “Ik ook!.”
“Godverdomme! Houdt er dan niemand meer van vrouwen?
“Ja, ik wel,” zegt zijn dochter.
Jantje komt zuchtend thuis van school. “Bah! Deze week hebben we drie uur Franse les gehad!”
“Ach jongen,” zegt mama, “denk dan eens aan die zielige kinderen in Frankrijk. Die moeten hele dagen Frans praten!”
“Vertel eens Ans, jij bent toch getrouwd met een archeoloog? Is dat niet saai?”
“Helemaal niet zelfs! Hoe ouder ik word, hoe interessanter hij me vind!”